Ab Sewgobind is de afgevaardigd CNV-bestuurder in het huidig cao-overleg, dat stilaan naar een hoogtepunt kruipt nu de lonen op tafel liggen. “Wij willen juist meedenken en meehelpen in plaats van rollebollend met elkaar over straat gaan, omdat we het niet eens worden over het loon”, zegt de CNV-bestuurder in aanloop naar de nieuwe onderhandelingsronde. Maar of dat zo blijft, is de vraag. De wensen liggen nog een eind uit elkaar.
De onderhandelingen voor de nieuwe cao zijn nu ruim twee maanden onderweg en verlopen vooralsnog in een constructieve sfeer, vindt Ab Sewgobind. Maar er moeten uiteindelijk wel knopen gehakt gaan worden.
Waar de FNV en de AVV fors hebben ingezet met respectievelijk een looneis van 5 en 3%, heeft de CNV zich met haar inzetbrief gematigder opgesteld. Volgens Ab is de doelstelling van de CNV om ervoor te zorgen dat de werknemers er in niet in koopkracht op achteruit gaan. “Maar”, zegt hij er meteen achteraan, “we vinden het ook belangrijk dat daar een stukje structurele loonsverhoging naast komt, zodat mensen er ook wel een beetje op vooruitgaan”.
Wat die looneis van de CNV dan zal zijn is nog niet meteen duidelijk. “Het hoeft niet gigantisch hoog te zijn, maar het moet wel realistisch zijn. Wij hebben dat bewust een beetje in het midden gelaten omdat wij vinden dat dit een zoektocht samen met de werkgevers moet zijn. We weten immers niet wat zij in de portefeuille hebben zitten.”
We kunnen niet alles in één mandje leggen
Op de vraag of het behoud van koopkracht en een beetje meer niet ook gewoon een kwestie is van een rekensom maken, reageert Ab: “Af en toe moet je ook een rekensom maken, maar wij kijken ook naar het gehele pakket arbeidsvoorwaarden. We willen graag een cao afsluiten die in balans is.” Dat betekent dat de CNV bij haar looneis ook kijkt naar andere arbeidsvoorwaarden die ook geld kosten. “We kunnen niet alles in één mandje leggen. Dat moet je soms spreiden en dan is het maar de vraag waar je dan de nadruk op legt.”
Volgens de CNV zijn we het afgelopen jaar door Covid-19 in een nieuwe werkelijkheid terechtgekomen. Zo lijkt het thuiswerken nog niet eens zo’n slechte ontwikkeling en zal dat, naar het zich laat aanzien, ook in het post-coronatijdperk eerder regel dan uitzondering zijn. “In de toekomst zullen we meer toegaan naar een hybride vorm werken. En daar zullen we maatwerk-afspraken voor moeten maken. Dat zal deels in de vergoedingensfeer moeten liggen, maar ook Arbo-technische zaken als een goede thuiswerkplek moeten goed geregeld worden”, zo licht Ab zijn bredere visie op het arbeidsvoorwaardenpakket toe.
Proefballonnetje
De flexibiliteit om voor alle medewerkers goede afspraken te maken over hybride werken, zijn voor de CNV echter nog geen aanleiding om af te stappen van een standaard cao. Het proefballonnetje van de AVV om een minimale cao op te stellen, die veel meer ruimte laat voor werkgevers om individuele afspraken te maken, gaat Ab dan weer te ver.
“Een minimum cao maakt dat die afwijkingsmogelijkheid inderdaad hebt, maar maakt ook dat je verschillen krijgt tussen de verschillende bedrijven. Ik wil het niet daarmee direct afschieten en het is zeker iets waar we over na zouden kunnen denken, maar dan zou ik eerst wel alle plussen en minnen goed tegenover elkaar willen afwegen. Als de werkgevers dit een goed idee zouden vinden, dan zou ik zeggen: breng het maar in kaart wat dit dan betekent. Maar ik zet de deur nog niet open, want dit is volgens mij niet de cao die je zou moeten willen.”
Beluister het hele verhaal van Ab in aflevering 11 van de Cao Drinkwater Podcast.
Comentários